Afval en circulaire economie
Utrecht heeft ongeveer evenveel huishoudelijk restafval per inwoner als Nederland gemiddeld
Binnen het streven naar een volledig circulaire economie in 2050 hebben het Rijk en gemeenten een uitvoeringsprogramma om onder meer het restafval te beperken en de scheiding en recycling te verbeteren. Voor 2020 waren er twee doelen: maximaal 100 kg restafval per inwoner per jaar en minimaal 75% afvalscheiding. In 2021 is het gemiddelde voor Nederland uitgekomen op 164 kilo restafval per inwoner en voor de provincie Utrecht 166 kg/inwoner. Alleen de provincie Gelderland heeft 100 kg/inwoner; de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland hebben meer dan 200 kg/inwoner.
De Utrechtse gemeenten Bunschoten, Leusden, Renswoude, Veenendaal en Woudenberg halen de doelstelling en blijven in 2021 ruim onder de 100 kg/inwoner huishoudelijk restafval. In deze gemeenten zijn de kosten van de afvalheffing voor de bewoner afhankelijk van hoeveel restafval wordt aangeboden. Bunschoten is hiermee per 1-1-2022 gestopt. De gemeenten Vijfheerenlanden, Utrecht en Nieuwegein hebben meer dan 200 kilo/inwoner restafval.
Huishoudelijk afval per gemeente in kg per inwoner (2019-2021) |
|
|
|
|
2019** |
2020** |
2021* |
Bunschoten |
38,0 |
42,7 |
36,5 |
Leusden |
64,3 |
67,2 |
63,8 |
Renswoude |
200,0 |
73,5 |
72,0 |
Woudenberg |
70,0 |
73,0 |
72,5 |
Wijk bij Duurstede |
136,9 |
141,2 |
114,6 |
Lopik |
129,1 |
118,8 |
118,7 |
De Bilt |
119,8 |
130,6 |
127,8 |
Eemnes |
122,6 |
143,2 |
130,0 |
Houten |
128,4 |
136,9 |
135,6 |
Rhenen |
182,3 |
187,4 |
139,6 |
Oudewater |
172,3 |
137,9 |
142,0 |
Woerden |
144,8 |
. |
155,2 |
Montfoort |
154,4 |
166,5 |
160,2 |
Amersfoort |
190,4 |
190,1 |
174,2 |
Stichtse Vecht |
193,2 |
195,9 |
188,6 |
Utrecht (gemeente) |
196,5 |
203,4 |
201,5 |
Vijfheerenlanden |
196,5 |
223,4 |
219,1 |
Baarn |
152,8 |
144,1 |
. |
Bunnik |
169,7 |
163,6 |
. |
IJsselstein |
191,3 |
199,5 |
. |
Nieuwegein |
204,3 |
216,1 |
. |
De Ronde Venen |
179,9 |
. |
. |
Soest |
153,3 |
155,6 |
. |
Utrechtse Heuvelrug |
117,5 |
121,6 |
. |
Veenendaal |
87,6 |
95,5 |
. |
Zeist |
186,8 |
195,3 |
. |
Bron: CBS |
|||
. : het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim * : voorlopige cijfers ** : nader voorlopige cijfers |
|
|
|
Afvalscheidingsdoelen in 2021 door tenminste vijf gemeenten gehaald
In de provincie Utrecht wordt in 2021 60% van het afval gescheiden. Dat is ongeveer het Nederlands gemiddelde van 61%. In 2019 was dit percentage in Utrecht 58%. De doelstelling van 75% scheiding is door Gelderland en Overijssel (74%) bijna behaald.
De gemeenten Leusden (84%), Woudenberg (81%), Renswoude (78%), Lopik (77%) allen in 2021 en Bunschoten (81% in 2020) behalen de doelstelling van minimaal 75% scheiding. De gemeente Utrecht scoort in 2021 het minst gunstig met een afvalscheidingspercentage van 44%.
Afvalscheidingspercentage totaal (2019-2021) |
||||
|
2019 ** |
2020 ** |
2021 * |
|
Amersfoort |
55% |
59% |
61% |
|
Baarn |
66% |
68% |
. |
|
De Bilt |
73% |
73% |
74% |
|
Bunnik |
66% |
67% |
. |
|
Bunschoten |
. |
81% |
. |
|
Eemnes |
69% |
67% |
69% |
|
Houten |
71% |
71% |
70% |
|
IJsselstein |
53% |
54% |
. |
|
Leusden |
85% |
84% |
84% |
|
Lopik |
75% |
77% |
77% |
|
Montfoort |
67% |
67% |
68% |
|
Nieuwegein |
47% |
46% |
. |
|
Oudewater |
62% |
68% |
66% |
|
Renswoude |
58% |
81% |
78% |
|
Rhenen |
55% |
55% |
64% |
|
De Ronde Venen |
61% |
. |
. |
|
Soest |
67% |
67% |
. |
|
Stichtse Vecht |
50% |
51% |
51% |
|
Utrecht (gemeente) |
43% |
46% |
44% |
|
Utrechtse Heuvelrug |
73% |
. |
. |
|
Veenendaal |
72% |
71% |
. |
|
Vijfheerenlanden |
59% |
58% |
58% |
|
Wijk bij Duurstede |
66% |
68% |
73% |
|
Woerden |
61% |
. |
60% |
|
Woudenberg |
79% |
78% |
81% |
|
Zeist |
57% |
56% |
. |
|
|
|
|
|
|
provincie Utrecht |
58% |
60% |
60% |
|
Nederland |
60% |
60% |
61% |
|
. : het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim |
||||
* : voorlopige cijfers |
||||
** : nader voorlopige cijfers |
Bron: berekening Staat van Utrecht op basis van CBS cijfers (update 29-09-2022).
Bron doelen: Kamerbrief over Uitvoeringsprogramma Van Afval naar Grondstof - Huishoudelijk Afval 2021-2025
Drie regionale doelen circulaire economie provincie Utrecht
Circulaire economie is meer dan het recyclen van afval. Het doel is om het milieu zoveel mogelijk te ontlasten. Het gaat om het efficiënter gebruiken van grondstoffen ofwel om het langer in de productieketen houden hiervan. Internationaal worden er zes ‘R’s gebruikt om de circulaire activiteiten aan te duiden:
- Refuse and rethink - Afzien van producten of producten intensiever gebruiken
- Reduce - Producten efficiënter fabriceren of gebruiken
- Reuse - Hergebruik van een product
- Repair en remanufacture - Reparatie en hergebruik van productonderdelen
- Recycle - Verwerken en hergebruiken van materialen
- Recover - Energie terugwinnen uit materialen
In de regio Utrecht is de Alliantie Cirkelregio Utrecht actief op het gebied van circulaire economie, met daarin professionals vanuit verschillende partnerorganisaties. De provincie Utrecht heeft in haar in april 2021 vastgestelde beleidsvisie circulaire economie drie doelen voor de circulaire transitie in de regio bepaald. Als eerste het verminderen van de milieudruk, als tweede het verbeteren van de leveringszekerheid van producten, componenten en materialen en als derde het ontwikkelen van een toekomstgerichte regionale economie.
De doelstelling van het kabinet is om in 2050 een volledig circulaire economie te realiseren, met een halvering van het gebruik van primaire abiotische grondstoffen (zoals grind, metalen, fossiel) in 2030 als tussendoel. In 2016 bestond 13% van het totale materiaalgebruik in Nederland uit gebruikt materiaal. Verhoging van dit percentage is mogelijk, maar wordt beperkt doordat een belangrijk deel van de materialen en grondstoffen wordt geconsumeerd (zoals voedsel), verbrand (zoals fossiele grondstoffen) of geëxporteerd via halffabricaten of producten. Daarnaast wordt een deel opgeslagen in producten met een lange levensduur (zoals woningen) waardoor deze materialen niet beschikbaar zijn voor de bouw van nieuwe woningen. Voor het halen van de halveringsdoelstelling is daarom volgens volgens PBL et al. inzet op andere strategieën náást het gebruik van gerecyclede materialen gewenst.
Bron: https://www.provincie-utrecht.nl/onderwerpen/economie/circulaire-economie, https://www.cirkelregio-utrecht.nl/ , PBL (2021); Integrale circulaire economie, PBL (2019); Policy brief doelstelling circulaire economie. PBL (2020) op weg naar een robuuste monitoring van de circulaire economie.
Ook in Provincie Utrecht: meer huishoudelijk afval in niet stedelijke gemeenten
Uit cijfers van het CBS blijkt dat in het algemeen het meeste afval wordt opgehaald in niet-stedelijke gemeentes. Waar in 2019 in zeer stedelijk gebied gemiddeld in 413 kilogram huishoudelijk afval werd opgehaald, is dit in niet-stedelijk gebied met 602 kilogram aanzienlijk meer. Het verschil zit voornamelijk in het grotere aanbod van groente-, fruit- en tuinafval (gft) en grof tuinafval in niet-stedelijk gebied. Een verklaring is dat in minder stedelijke gemeenten relatief minder flats staan en meer huizen met een tuin. De verschillen zijn ook duidelijk te zien binnen de provincie Utrecht. Waar in de gemeente Utrecht in 2019 slechts 33,5 kg gft afval per inwoner wordt aangeboden, ligt dit cijfer in de gemeente Utrechtse Heuvelrug bijvoorbeeld fors hoger op 161 kg gft afval per inwoner. In de gemeente Eemnes is tussen 2018 en 2019 een duidelijke afname te zien: om bij te dragen aan het ontwikkelen van een circulaire economie zijn zij gestart met een nieuw inzamelsysteem.
Bron: CBS statline, CBS; Meeste huishoudelijk afval in minst stedelijke gemeenten.
Databank
In de databank vindt u onder andere de indicatoren:
- % gescheiden ingezameld
- Inzameling totaal afval
- Inzameling grof huishoudelijk restafval
- Inzameling huishoudelijk restafval
- Inzameling GFT afval
- Inzameling PMD (plastic metalen verpakkingen en drankkarton)
- Inzameling papier
- Inzameling glas
- Inzameling verbouwingsafval